Chaos op de werkvloer

 

21 augustus 2012. Een doorsnee dinsdagochtend... Mijn wekker gaat om 6 uur. Snel even douchen en de hond uitlaten, want om 7.00 uur moet ik op mijn werk zijn!

Mijn werk is mijn passie! Ik zie het als mijn missie om jongeren die niet thuis kunnen wonen te begeleiden, te begrijpen, te ondersteunen in hun dagelijkse bezigheden en ze zo goed mogelijk voor te bereiden op hun toekomst.

 

Ik werk hier nu een klein half jaar en het voelt echt als mijn plek. Dit kan ik de rest van mijn leven doen, zonder dat ik erop uitgekeken raak! Ja, het is heftig, er is dagelijks een heleboel agressie en je weet van te voren nooit waar je in terecht komt als je aan het begin van je dienst de deur van het groepshuis open doet. Maar dat laatste, het onvoorspelbare, is ook wat dit werk voor mij juist leuk maakt! Het is improviseren, maar op het moment ook héél erg roeien met de riemen die we hebben.

 

Het nieuwe terrein bestaat uit 6 huizen waar in ieder huis twee of vier groepen van 6 tot 8 bewoners gehuisvest zijn. De twee groepen in het huis waar ik werk zijn nieuw. Nieuwe bewoners en voor het grootste deel nieuw personeel. Hierdoor is er veel, héél veel onrust... En die onrust zorgt voor meer agressie, wat op zijn beurt voor blessures bij en uitval van personeel zorgt. Hierdoor moeten er invalkrachten ingezet worden en dat zorgt weer voor nóg meer onrust. Een neerwaartse spiraal dus, die maar moeilijk doorbroken kan worden...

 

Maar dit alles zorgt er niet voor dat ik met minder plezier naar mijn werk ga. Ik vind het werk fantastisch en heb zelf relatief weinig problemen met de jongeren op mijn groep. Ik ben 31 jaar, werk op gevoel en kan met de meeste cliënten aardig goed door één deur. Dat zorgt ervoor dat ik met een geintje, met geduld of met een wat serieuzere blik het meeste toch wel vrij snel voor elkaar krijg. Ik probeer het gedrag van de jongens te begrijpen en kan me, gezien het verleden wat de jongeren hebben, in veel gevallen eigenlijk wel voorstellen dat er op een bepaalde manier gereageerd wordt. Dat wil niet zeggen dat ik het gedrag goedkeur, maar ik begrijp het vaak wel, tot op zekere hoogte.

 

Wanneer ik deze ochtend op de groep aankom, lezen mijn collega en ik eerst snel de rapportage van de nacht en de vorige dag. Het is weer chaos geweest. Niet alleen op onze groep, maar het hele terrein staat op spanning. Het verbaast me niets, want het is bijna dagelijkse kost. Maar het is een nieuwe dag, dus we beginnen positief! We wekken de jongens die nog niet wakker zijn en bereiden het ontbijt voor. Op een paar kleine correcties na is de sfeer prima. Altijd fijn om zelf ook een beetje relaxed op te kunnen starten!

Na het ontbijt gaan de jongeren naar hun werk. Dit is ook op hetzelfde terrein, waar ze op verschillende locaties ondergebracht worden en samenwerken met cliënten van andere groepen.

 

Iedere ochtend om 10.00 uur geeft dat voor ons de ruimte om overleg te hebben met onze teamleider, omdat de meeste onrust ontstaat op de twee nieuwe groepen die in ons huis wonen.

Wat is er de vorige dag allemaal gebeurd en hoe pakken we de problemen aan? Mijn collega en ik spreken voor de zoveelste keer onze zorgen uit. De sfeer wordt steeds grimmiger, conflicten worden heftiger en wij zijn samen als enige twee van het vaste team nog over. Mijn collega vertelt dat ze een paar weken zwanger is en dus niet meer fysiek in kan grijpen en risicosituaties uit de weg zal moeten gaan. De rest van het vaste team is geblesseerd of overspannen thuis. We geven aan dat het volgens ons een kwestie van tijd is voordat het écht een keer goed fout gaat. Die tijd bleek drie uur later te zijn aangebroken...

 

Lees verder op: De dag dat mijn leven veranderde

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.